Drones, je weet wel, die vliegende camera’s, worden steeds compacter. Dit bedrijf heeft er gisteren een geïntroduceerd die in je handpalm past. Dat maakt het mogelijk om ‘m overal mee naar toe te nemen. Op vakantie bijvoorbeeld.
Grapje? Helemaal niet! In het filmpje zie je hoe de drone past in een rugzakje of bungelt aan de riem van een broekzak. Nu is het een bekend fenomeen dat producten die eerst groot, duur en daardoor onbereikbaar zijn, een vaste cyclus doormaken naar kleiner en betaalbaarder. De marketeers verleiden eerst de ‘early adopters’, de mensen die alles willen uitproberen en die daar veel geld voor over hebben.
En ondertussen werken de ontwikkelaars aan verbeteringen (lees: verkleiningen) en wordt het een massa-product waardoor de prijs omlaag kan. De ene hand wast de andere. Iedereen blij.
Kantelpunt voor drones
Voor mij markeerde deze aankondiging dit kantelpunt van product-voor-de-happy-few naar een massa-product. Ik weet het, ik kan me nu ook nog niet voorstellen dat ik volgend jaar met zit ding in mijn rugzakje door de bergen loop. Maar ik herinner me wél dat ik dat ook dacht van de smartphone. Welnee, ik hoefde toch geen appjes. Ingewikkeld. En waarom zou ik mail willen lezen buitenshuis? Inmiddels snap ik niet meer hoe ik zónder zou kunnen. Gisteren werd ik gebeld door een redacteur: “Ik hoor dat je op het perron staat maar kun je je mail zo even lezen als je in de trein zit? Het is dringend.” En dat is al heel gewoon geworden.
Volg mij – zonder polsband
Hoe kort is het geleden dat zo’n drone voor sporters werd gelanceerd; dat je een polsbandje om hebt en dat de drone je vanuit lucht volgt. Zodat de drone de auto volgt – op weg naar Frankrijk. Ik denk een paar maanden geleden.
Deze vakantie-drone kan dat ook – zónder polsband. Ik val echt om van verbazing hoe snel die ontwikkelingen gaan. Dus ik denk dat het groepje buurmannen, die op zondagochtend vroeg de straat uitfietsen voor een flink rondje buitenlucht, binnenkort ook zo’n rugzakje mee zullen nemen.
Fotocamera blijft thuis
Met het schaamrood op mijn kaken moet ik bekennen dat dit jaar mijn good old fotocamera thuis is gebleven met vakantie. Alleen de smartphone ging mee. Want, eerlijk is eerlijk, de camera van de smartphone is beter. De smartphone is veel kleiner. En wat heb je aan een camera waar je geen collages op kunt monteren die je meteen via whatsapp deelt met je vrienden? Ik ga toch niet wachten tot ik weer thuis ben?!
Ja en terwijl ik dit opschrijf observeer ik mezelf en verbaas me erover hoe je als vanzelf meegenomen wordt in de ontwikkelingen. Daarom durf ik te beweren, ook al voel ik het zelf nú de behoefte niet, dat het niet lang zal duren tot de meesten van ons zo’n vakantie-drone in de koffer zullen pakken.
Drones: van oorlogstuig naar consumentenproduct
Ik hoorde voor het eerst over drones toen ze door het Amerikaanse leger werden ingezet voor precisiebombardementen, zo’n twee jaar geleden. Kerst 2015 begonnen Chinese logistieke bedrijven ermee te experimenteren voor het bezorgen van pakjes. Daar lachten we nog om. Nu weten we dat de Mexicaanse drugskartels vrij snel daarna er ook pakjes mee gingen vervoeren. De stappen volgden elkaar steeds sneller op. En nu dus een vliegende camera mee op vakantie.
Oh ja, en ook als je niet geïnteresseerd bent in drones, bekijk dit filmpje dan vooral vanwege de prachtige beelden – vanuit de lucht geschoten.